Wij komen het in onze praktijk regelmatig tegen, een arts die zich afvraagt wat te doen in geval van onenigheid over de medische behandeling met de patiënt (en met name met diens familie). Welke rechten heeft de patiënt en welke verplichtingen rusten er op de arts?
Er zijn veel voorbeelden te vinden van procedures die gaan over het voortzetten of staken van een medische behandeling. De kern van deze procedures is dat de arts op grond van de wet (artikel 7:453 BW) verplicht is om te handelen als goed hulpverlener. Dit betekent dat een behandeling altijd gerechtvaardigd moet kunnen worden omdat het een belang van de patiënt dient. Als er geen behandelopties meer voor een patiënt zijn, is een behandeling zinloos en moet deze worden gestaakt. Rechters hanteren het uitgangspunt dat alleen een arts kan beoordelen of een behandeling nog zin heeft. Omdat een arts geen medisch zinloze behandelingen mag verrichten, kan hij niet verplicht worden tot een bepaalde medische behandeling of om een ingezette behandeling voort te zetten als blijkt dat deze geen kans meer op herstel biedt.
Het oordeel van een arts over de zin van een medische behandeling weegt dus zwaar. Omdat de rechter zelf geen medische kennis heeft, kan hij alleen terughoudend oordelen over het besluit van de arts. Een rechter zal dus alleen kunnen beoordelen of een arts het besluit over de zin van de medische behandeling, in alle redelijkheid heeft kunnen nemen. Als een patiënt (of diens familie) twijfelt aan het besluit van de arts, doet hij er goed aan om een second opinion in te winnen.
De voorbeelden in de rechtspraak gaan met name over procedures gevoerd door familieleden van een patiënt die het niet eens zijn met het staken van een medische behandeling als gevolg waarvan de patiënt aan zijn aandoening zal overlijden (bijvoorbeeld het stoppen van de beademing). Van essentieel belang is dat tijdig en op een duidelijke manier gecommuniceerd wordt wat het medische oordeel is over de behandeling. Een goede verslaglegging hiervan is uiteraard ook cruciaal. Oog hebben voor culturele verschillen, medewerking verlenen aan een second-opinion en een eventuele overplaatsing, kan een procedure over de zin van een medische behandeling voorkomen.
Heeft u vragen naar aanleiding van dit blog en wilt u meer informatie, neem dan contact op met één van onze gezondheidsrechtspecialisten.
Kristien Croezen studeerde Nederlands recht aan de RUG (specialisatie privaatrecht) en in de tussentijd ook HBO-rechten (bestuursrecht en privaatrecht) aan de Hanzehogeschool Groningen. Voordat zij de advocatuur in ging, was zij onder meer griffier bij de sector civiel van de rechtbank Groningen. Kristien heeft ruime ervaring in het privaatrecht en is nu met name actief op het gebied van bestuursrecht en gezondheidsrecht. Zij deelt haar ervaringen en kennis graag door middel van het geven van lezingen en schrijven van blogs. Kristien is lid van de Vereniging voor Gezondheidsrecht.
Kristien Croezen studeerde Nederlands recht aan de RUG (specialisatie privaatrecht) en in de tussentijd ook HBO-rechten (bestuursrecht en privaatrecht) aan de Hanzehogeschool Groningen. Voordat zij de advocatuur in ging, was zij onder meer griffier bij de sector civiel van de rechtbank Groningen. Kristien heeft ruime ervaring in het privaatrecht en is nu met name actief op het gebied van bestuursrecht en gezondheidsrecht. Zij deelt haar ervaringen en kennis graag door middel van het geven van lezingen en schrijven van blogs. Kristien is lid van de Vereniging voor Gezondheidsrecht.