Beëindigen behandelingsovereenkomst na geweldsincidenten

  • event15-01-2024
  • schedule08:00
  • timer3 minuten

Het eenzijdig beëindigen van een behandelingsovereenkomst door een zorgaanbieder is alleen in hoge uitzonderingsgevallen mogelijk. Alleen in geval van gewichtige redenen mag de behandelingsovereenkomst worden beëindigd. En zelfs dan geldt dat de zorgaanbieder terughoudend moet zijn met een eenzijdige beëindiging en rekening moet houden met de gezondheidstoestand en de afhankelijkheid van de patiënt.

Beëindiging van de behandelingsovereenkomst na ernstige geweldsincidenten vraagt om een zorgvuldige afweging

In de richtlijn opgesteld door artsenfederatie KNMG ‘niet-aangaan of beëindiging behandelingsovereenkomst’ wordt onder andere als gewichtige reden voor het mogen beëindigen van een behandelingsovereenkomst genoemd, onheus of agressief gedrag van de patiënt.

In een casus die speelde bij het Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg in Zwolle (uitspraak van 5 januari 2024, ECLI:NL:TGZRZWO:2024:2) was sprake van agressief gedrag van een minderjarige patiënt. Deze patiënt verbleef in een GGZ instelling en gooide, onder andere, een kopje kokend water in het gezicht van een verpleegkundige. De verpleegkundige is naar een brandwondencentrum overgebracht en de patiënt werd uit veiligheidsoverwegingen overgeplaatst naar de intensive care afdeling voor volwassenen in dezelfde GGZ instelling.

De directeur-geneesheer van de zorginstelling oordeelde dat de patiënt niet op de afdeling voor volwassenen kon blijven. Ook zou de patiënt niet kunnen terugkeren naar de afdeling waar zij voor het incident verbleef vanwege de veiligheid voor de medewerkers. De directeur-geneesheer heeft aangifte gedaan van het incident en de behandelingsovereenkomst feitelijk beëindigd door de patiënt over te dragen aan de politie.

Deze manier van beëindiging van de behandelingsovereenkomst leidt tot tuchtrechtelijke verwijtbaarheid

De moeder van de patiënt dient vervolgens een klacht in tegen de directeur-geneesheer van de GGZ instelling omdat is nagelaten de patiënt naar een andere therapeutische setting te verwijzen en de patiënt zonder nazorg op straat is gezet.

Het tuchtcollege oordeelt dat de klachten gegrond zijn. De overplaatsing van de patiënt naar de intensive care afdeling was te rechtvaardigen gelet op het veiligheidsbelang. Ook valt het doen van aangifte van het incident gelet op de ernst daarvan te billijken, volgens het tuchtcollege. Het tuchtcollege neemt ook aan dat de zorginstelling geen passende behandeling meer kon bieden aan de patiënt en dat er gewichtige redenen waren om de behandelingsovereenkomst te beëindigen.

Dit alles brengt echter wel een zorgplicht met zich mee die inhoudt dat de zorginstelling bij de patiënt had moeten aandringen op verbetering van haar handelen. De patiënt had bovendien gewaarschuwd moeten worden voor de gevolgen als er geen verbetering zou optreden. Bij een beëindiging van een behandelingsovereenkomst moet een redelijke termijn in acht worden genomen en ook moet de medisch noodzakelijke hulp voortgezet worden. Tot slot zal tot aan het eventuele ontslag uit de zorginstelling medewerking verleend moeten worden (bijvoorbeeld door het verstrekken van voor overplaatsing noodzakelijke informatie) en zal de zorginstelling behulpzaam moeten zijn bij het zoeken naar een passend alternatief voor de patiënt.

Het tuchtcollege in Zwolle komt in deze zaak tot de conclusie dat de behandelingsovereenkomst feitelijk is beëindigd terwijl een plek voor deze minderjarige patiënt, in haar toestand, niet geborgd was en de politiecel voor haar geen passend verblijf was. De directeur-geneesheer heeft zonder een kinder- en jeugdpsychiater in te schakelen met speciale expertise ten aanzien van het delictgedrag, gerekend op een oplossing via justitie vanuit de jeugdzorg zonder dat passende vervolg- of nazorg voor de patiënt na haar verhoor geregeld was. Het tuchtcollege legt de maatregelen van berisping op.

Meer informatie?

Wilt u als zorgaanbieder meer weten over het kunnen beëindigen van een behandelingsovereenkomst? Raadpleeg dan de richtlijn van de artsenfederatie KNMG (te vinden via de website https://www.knmg.nl/actueel/publicaties/wgbo) of neem contact op met één van onze specialisten.

Geschreven door:

Kristien Croezen

Kristien Croezen studeerde Nederlands recht aan de RUG (specialisatie privaatrecht) en in de tussentijd ook HBO-rechten (bestuursrecht en privaatrecht) aan de Hanzehogeschool Groningen. Voordat zij de advocatuur in ging, was zij onder meer griffier bij de sector civiel van de rechtbank Groningen. Kristien heeft ruime ervaring in het privaatrecht en is nu met name actief op het gebied van bestuursrecht en gezondheidsrecht. Zij deelt haar ervaringen en kennis graag door middel van het geven van lezingen en schrijven van blogs. Kristien is lid van de Vereniging voor Gezondheidsrecht.

Kristien Croezen studeerde Nederlands recht aan de RUG (specialisatie privaatrecht) en in de tussentijd ook HBO-rechten (bestuursrecht en privaatrecht) aan de Hanzehogeschool Groningen. Voordat zij de advocatuur in ging, was zij onder meer griffier bij de sector civiel van de rechtbank Groningen. Kristien heeft ruime ervaring in het privaatrecht en is nu met name actief op het gebied van bestuursrecht en gezondheidsrecht. Zij deelt haar ervaringen en kennis graag door middel van het geven van lezingen en schrijven van blogs. Kristien is lid van de Vereniging voor Gezondheidsrecht.

Klik voor meer binnnen de categorie
Neem contact op

Klik hier voor het het privacybeleid van Yspeert advocaten n.v.